De droomwereld die verleden heet
‘Dat Freud na al die jaren zijn liefde voor zijn dochter Sophie nog altijd koesterde en beslist niet wilde ‘loslaten’, was dus niet zo ongewoon. Met zijn gedachten over het ‘losweken’ van libidinale bindingen en het vrijkomen van libidinale energie had hij een mythe gecreëerd, waarvan hij de onjuistheid zelf aan den lijve moest ervaren.
Zo besloot ik op 10 augustus j.l. mijn blog De mythes rond het rouwen. Eergisteren ontving ik een mailtje van een vrouw die ik niet ken en die de voornaam draagt van een middeleeuwse mystica. Ze liet mij weten dat ze per toeval op mijn site was terechtgekomen toen ze op Google zocht naar ‘de mythes rond het rouwen’. Zo was ze op dit blog gestuit. Daarna heeft ze kennelijk ook mijn blog van donderdag j.l. gelezen dat ging over mijn moeder en als titel had Liefde die verdwijnt in de tijd. In haar mail stelde zij mij de volgende vraag:
‘Naar mijn idee is een liefde die verdwijnt wel een verloren liefde. Dat is toch de hele bedoeling van loslaten?’
Eerlijk gezegd moest ik even goed nadenken wat er mogelijk met deze vraag werd bedoeld. Was er sprake van een tegenstrijdigheid tussen wat ik beweerd had over de mythes rondom het rouwen en de wijze waarop ik terugdacht aan mijn moeder naar aanleiding van een foto die zich verwijdert in de tijd?
Ik heb haar het volgende geantwoord:
‘Mijn moeder overleed 29 jaar geleden.
Haar liefde heb ik losgelaten, maar hij is niet verloren..
Mijn vrouw overleed ruim een jaar geleden.
Haar liefde heb ik niet losgelaten, maar hij is wel verloren.
Ik mis haar nog elke dag.
Iets anders kan ik er niet van maken.
Nog dezelfde dag kreeg ik een reactie terug, waarin deze vrouw mij niet alleen bedankte voor dit antwoord, maar mij ook liet weten dat haar man is overleden:
’Ik ben dus meer van het idee van verloren, maar jij ook ook lees ik nu.’
Deze reactie deed mij even uit de ramen staren. Eens temeer realiseerde ik mij dat mijn blog dagelijks wordt gelezen door talloze mensen die ik niet ken en waarschijnlijk ook nooit in levende lijve zal ontmoeten. Toch deel ik lief en leed met hen. Ik schrijf niet zelden over mijn diepste zielenroerselen ervan uitgaande dat iedereen alles van mij weet. Maar dat is natuurlijk niet zo.
Een weblog is grotendeels een ontmoetingsplaats van toevallige passanten. Misschien is die ogenschijnlijk veilige anonimiteit voor mij ook wel de reden waarom ik zo openhartig over mijzelf kan schrijven. Mijn lezer en ik zijn slechts tijdelijk aan elkaar gebonden. Ik weet dat onze wegen weer gaan scheiden.
Het is alsof wij elkaar even ontmoeten op het achterdek van een oceaanstomer die zich snel verwijdert in de golven van de tijd. Straks aan wal gaat ieder weer zijns weegs en zien we elkaar nooit meer. Die kortstondigheid van de ontmoeting maakt dat ik wellicht meer van mijn hart durf prijs te geven dan ik in het normale leven ooit zou doen.
Op dit blog geef ik mezelf niet prijs, maar laat ik mezelf los als een persoon die ooit heeft bestaan maar nu buiten mij staat. Ik vertel verhalen en gooi een blok hout in de open haard. Elke dag ga ik aan boord van een droomwereld die verleden heet, niet om daar iemand te ontmoeten maar om mezelf erin achter te laten. Als de lucht grijs en laag is zoals de laatste dagen, dan buig ik mee met mijn gevoel.
Melancholie is een belangrijke drijfveer in al mijn doen en laten. Dat was altijd al zo, maar eens temeer sinds ik Marijke heb moeten laten gaan, ook al kan ik haar nog steeds niet loslaten. Dat wil niet zeggen dat ik pessimistisch ben geworden ten aanzien van de toekomst. Zoals rouw iets anders is dan een depressie, zo verschilt melancholie van pessimisme.
Ik vlucht niet weg in het verleden, maar koester het als een warme jas om zo de toekomst met gepast vertrouwen tegemoet te kunnen zien.