De fatale strategieën

‘Een pijnigende voorstelling: dat vanaf een bepaald punt in de tijd de geschiedenis ophield reëel te zijn. Zonder het te merken heeft de hele mensheid plotseling de realiteit verlaten; alles wat sindsdien is gebeurd is absoluut niet waar, maar we kunnen het niet merken. Onze taak is nu dit punt te ontdekken, en zolang we het niet hebben gevonden moeten we in de huidige vernietiging blijven volharden.’

Deze woorden van Elias Canetti worden geciteerd door Jean Baudrillard in zijn boek De fatale strategieën uit 1983. We moeten het spoor terug volgen, terug naar het punt waarop de wereld is opgehouden ‘echt’ te zijn. Dat zou het punt zijn waarop we met zijn allen de realiteit hebben verlaten. Anders gezegd, het punt waarop we met zijn allen in een waan zijn beland. Het leven is onecht geworden en zolang we niet weten wanneer dat gebeurd is en vooral ook hoe, zijn we gedoemd om in deze schijnwereld verder te leven zonder exit-strategie. Nietzsche vroeg zich al af hoe zelfs de waarheid een fabel is kunnen worden. En als niets meer waar is, dan is niet alleen alles geoorloofd, maar ook alles onwerkelijk geworden. De zogenaamde essentie of wezenlijke natuur van de dingen, die in de tijd van het modernisme nog gezocht werd in de statische wetten van de wiskunde, moest gaandeweg het veld ruimen voor een perspectivische wijze van kijken naar de werkelijkheid. 

Baudrillard was de filosoof van de moeilijke woorden. Van de crisis in de ervaring van het reële, van het verschijnen en verdwijnen, van de hyperrealiteit, het obscene als toppunt van zichtbaarheid, het einde van illusie. Hij zag een nieuwe wereld ontstaan, een mediale wereld waarin alles ‘echter dan echt’ wordt. Hij was de filosoof van ‘het simulacrum’, van de ‘copie zonder origineel’. Hij leende ‘de shock’ van Baudelaire en de ‘het spektakel’ van Debord en creëerde zo een wonderlijk brouwsel van duistere filosofie en fascinerende wartaal.

De postmoderne mens is een voyeur zonder illusie. Baudrillard beschreef de schizoïde ervaring van werkelijkheid door de opkomst van de media, de fatale strategieën ook, waar we steeds meer aan overgeleverd worden. Hij zag als eerste de terreur als een noodzakelijk symptoom van het late kapitalisme. Een toestand waarin het fatale geweld door menigeen als een zegening word gezien, de ultieme redding in de collectieve ondergang. ‘Wat geen illusie meer teweegbrengt is dood en inspireert de terreur.’

Hij was een van de pioniers van het postmodernisme die bij mij de belangstelling voor de filosofie opnieuw heeft gewekt. Baudrillard was een helderziende die ‘het weke denken van de 20ste eeuw’ failliet heeft verklaard. De holle retoriek van vooruitgang en moderniteit, het cliché van de vervreemding. Zelfs de kunst oefent alleen nog de magie uit van haar eigen verdwijning. Veel Franse filosofen zijn van huis uit materialisten en pessimisten. Baudrillard was dat als geen ander. Hij zag het spookbeeld opdoemen van een siderale wereld, een ijskoude planeet waarop alleen nog één tv aanstaat. De rest is dood.

Vijftien jaar geleden ging hij zelf dood. Hij werd uiteindelijk overgeleverd aan wat hij ooit had beschreven als ‘de hel van atomen en moleculen die ons allen te wachten staat’. Het leven is een amorfe en absurde stroom, waarin we geworpen worden en uiteindelijk wegsterven. De dood is een eindfase in een fataal proces van entropie, de noodgedwongen chaos waarin alles uiteindelijk uitmondt tot aan de hittedood van het heelal. Alsof we nooit hebben bestaan. Ook Baudrillard heeft dan nooit bestaan, zelfs als onze strategieën achteraf bezien niet eens zo fataal waren als hij had gedacht. Het meest fatale van alle fatale strategieën is dat zij zichzelf bevestigen tot het bittere eind.

Laat een reactie achter

(verplicht)

(verplicht, wordt nooit weergegeven)