Nostalgia & totalitair geweld

Het wereldbeeld van het complotdenken weerspiegelt een heimwee naar een transcendentale kosmologie en een eenvoudige moderne opvatting van goed en kwaad. Dit wereldbeeld van het complotdenken is gebaseerd op één enkel trans-historisch complot, een manicheïstische strijd tussen goed en kwaad en het onvermijdelijk tot zondebok maken van een mythische vijand. De ambivalentie en complexiteit van de geschiedenis worden gezien als een vervulling van oude profetieën. ‘Het thuis zijn’, zo stellen de aanhangers van deze extremistische samenzweringstheorieën zich voor, wordt voor altijd belegerd en moet worden verdedigd tegen de samenzwerende vijand. Samenzweren betekent letterlijk samen ademen – maar meestal bevat deze adem een kwalijke geur.

Samenzwering wordt pejoratief gebruikt om een ​​subversieve verwantschap van anderen aan te duiden, een ingebeelde gemeenschap die meer gebaseerd is op uitsluiting dan op genegenheid, een vereniging van degenen die niet met ons ons zijn, maar tegen ons. Dit ‘thuis’ bestaat niet uit individuele herinneringen, maar uit collectieve projecties en ‘rationele wanen’. Een paranoïde vorm van reconstructie van dit ‘ thuis’ is gebaseerd op de fantasie van vervolging. Dit is niet simpelweg ‘het vergeten van de werkelijkheid’, maar een psychotische vervanging van feitelijke ervaringen door een duistere samenzweringsvisie: het creëren van een ‘thuisland van waanvoorstellingen’. Op deze manier moet de traditie worden hersteld met een bijna apocalyptische vorm van wraak.

Aldus Svetlana Boym in haar boek The Future of Nostalgia (2001) Daarin beschrijft zij hoe het fenomeen nostalgie aan het eind van de twintigste eeuw is uitgegroeid tot een epidemie, maar achteraf bezien ook een keerzijde is geweest in processen als modernisering en globalisering. Vooruitgang en nostalgie waren intrinsiek met elkaar verbonden als Dr. Jekill and Mr. Hyde, als twee alter ego’s. Nostalgie was niet alleen een uitdrukking van een lokaal verlangen, maar ook een resultaat van een nieuw begrijpen van tijd en ruimte. Met haar kritische reflectie op het fenomeen nostalgie creëert zij een nieuw perspectief op het modernisme vanuit een intens gevoel van gemis. Nostalgie was ooit een ziekelijk gevoel dat betrekking had op een specifieke verwijdering in de ruimte, maar dat gevoel is volgens Boym uitgegroeid tot een generieke kwaal van de tijd, niet zozeer van deze tijd, maar van de tijd als zodanig. Het modernisme bracht een ongrijpbare transformatie teweeg in de ‘psychische ruimte’, die door de dialectiek van tijd en cultuur nu eenmaal een veranderlijk gegeven is. 

In de premoderne wereld werd het ‘zijn in de tijd’ niet begrepen door te kijken naar de fysische wereld van bewegingen, maar door de ervaring van tijd in het eigen bewustzijn in relatie tot begrippen als transcendentie en eeuwigheid. Die intrinsieke verwevenheid van tijd en transcendentie is weggevallen in de moderne psychische ruimte. En juist dat gemis is de diepste voedingsbodem van de moderne nostalgie. Als de hemel wegvalt in de psychische ruimte, wordt elke regio een excentrisch oord zonder een ‘midden’ dat de ruimte van oudsher structuur gaf. Heimwee wordt dan het chronisch verlangen van de moderne thuisloosheid. Nostalgie wordt dan de hunkering naar een verleden dat nooit heeft bestaan. 

Als overlevenden van de twintigste eeuw, zo stelt Boym, zijn wij allen nostalgisch geworden naar de tijd dat we nog niet nostalgisch waren. Maar er is geen weg terug naar een verleden dat nooit heeft bestaan. Nostalgie heeft niet zozeer betrekking op een verlangde terugkeer van het verleden, als wel op het verdwijnen van het heden. We zitten gevangen tussen ‘angst voor tijd’ en ‘obsessie met snelheid’. We zijn reizigers geworden zonder paspoort in een wereld zonder grenzen. Maar in die grenzeloze e-space verdwijnt ook de ultieme ervaring die eigen is aan het passeren van een grens. In e-space bestaat geen nabijheid meer en geen verte. Geen aura en geen echtheid.

In die ruimte zonder aanwezigheid maakt het onvervulbare verlangen plaats voor een virtuele vorm van intimiteit. In dit licht bezien is de nostalgie een ramp als ze streeft naar een onvoorwaardelijk herstel van het verleden, maar een kans als ze wordt ingezet als een kritische reflectie op het onherstelbaar verlies daarvan. Boym spreekt in dit verband over reflectieve en restauratieve nostalgie. Met reflectieve nostalgie is niets mis. Restauratieve nostalgie daarentegen eindigt doorgaans in complotdenken en verkettering. Poetin lijdt zo bezien duidelijk aan een vorm van restauratieve nostalgie, zoals ook Hitler in zijn tijd daar onder gebukt ging. 

De nostalgie en de waan hebben dus een overeenkomst, al is in de waan niet het heden verdwenen, maar de werkelijkheid als zodanig die als bedreigend wordt ervaren. Hoe dan ook, heel even leek met Poetins invasie in Oekraïne de geschiedenis weer terug te keren naar 1945, het jaar waarin de Tweede Wereldoorlog stopte. Of beter gezegd, naar 1989, naar de val de Berlijnse Muur, toen men in het Westen de illusie was gaan koesteren dat de Koude Oorlog – en daarmee ook de Tweede Wereldoorlog –  voorgoed voorbij was. Maar met het einde van de Koude Oorlog was het ultieme kwaad niet uit de wereld verdwenen. Poetin leek bevangen door een kwade vorm van nostalgie naar een verleden dat in feite nooit had bestaan.

Restauratieve nostalgie beschermt een collectieve waarheid die als absoluut wordt voorgesteld, terwijl reflectieve nostalgie deze collectieve waarheid voortdurend in twijfel trekt. Restauratieve nostalgie kent volgens Boym twee belangrijke complotten: de terugkeer naar de oorsprong en de samenzwering. De emblemen van de oorsprong worden door de restauratieve nostalgie met dodelijke ernst gereconstrueerd in een poging de tijd te veroveren. Die verovering van de tijd kan leiden tot kwaad en geweld. Boym zegt het niet met zoveel woorden, maar er is weinig fantasie voor nodig om in te zien dat de restauratieve nostalgie aan de basis ligt van de totalitaire staat.

*

Voor de presentatie (met lezing) van mijn boek Het algoritme van de waan. Naoorlogse geschiedenis van een babyboomer op 28 februari a.s. is nog een beperkt aantal plaatsen beschikbaar. De toegang is gratis. Voor opgave zie: de site van Tresoar 

Reageren is niet mogelijk.