‘I saw the best minds of my generation destroyed by madness, starving hysterical naked, dragging themselves through the negro streets at dawn looking for an angry fix, angelheaded hipsters burning for the ancient heavenly connection to the starry dynamo in the machinery of night…’
Allen Ginsburg, Howl, 1956
Met de presentatie van het Manifest tegen het Niets ging in april 1961 in Galerie 207 aan de Willemsparkweg in Amsterdam de Nul-beweging van start. Het was bij een internationale tentoonstelling van het NIETS gehouden in ‘de eerste galerie ter wereld voor de laatste kunst’. Als de jaren zestig ergens zijn beginnen dan moet het wellicht hier zijn geweest. Het was een bewogen jaar waarin van alles gebeurde. Een van de ondertekenaars van het Manifest tegen het Niets was Piero Manzoni die tevoren compositieloze monochroom witte schilderijen had geschilderd.
In Parijs was Yves Klein op vergelijkbare wijze met het begrip ‘leegte’ bezig en schilderde blauwe monochromen al dan niet bekleed met in verf gedrenkte sponzen. Op 23 oktober 1960 maakte hij letterlijk een sprong in het niets vanaf een hoge muur in de Rue Gentil-Bernard in Fontenay-aux-Roses, wat hij door een fotograaf liet vastleggen. Op 6 december 1961 gooide Wim T Schippers een flesje limonade leeg in de zee op het strand van Petten.
Tegelijk met deze presentatie van NIETS was in het Stedelijk Museum in Amsterdam de tentoonstelling Bewogen Beweging te zien, waar Sandberg de vertegenwoordigers van nieuwe stromingen had bijeengebracht. Op een foto die ik ooit aantrof in een boekje bij De Slegte zie ik mezelf staan. Op de foto is het zondagmiddag ergens in 1961. De tentoonstelling Bewogen beweging trekt bezoekers uit alle uithoeken van Amsterdam. Tussen al dat rumoer sta ik. Om me heen is alles in beweging, maar dit ene moment is bevroren in de tijd. Ik kijk in het niets, in een grote leegte.
Wat verder ook het verband tussen deze situaties en gebeurtenissen mag zijn, zo rond 1960 leek een gevoel van leegte de internationale kunstwereld binnen te sluipen. In de eerste verklaring van de Hollandse sectie van de Situationistische Internationale uit 1958 was het woord ‘leegte’ al opgedoken. Men constateerde ‘dat de tegenwoordige kunstenaar een absolute cultureel leegte tegemoet treedt – geen esthetiek, geen moraal, geen levenswijze.’ Op 1 oktober 1961 nam de toenmalige prinses Beatrix ook het woord ‘leegte’ in de mond tijdens een opmerkelijke toespraak op een Europese ontmoeting van jonge intellectuelen in Toulouse georganiseerd door de ‘Fondation Europienne de la culture’
‘De roep om verandering wordt veel breder gedragen. Alom klinken er krachtdadige stemmen om het land in beweging te brengen. De onvrede komt voort uit de lamlendigheid die door de toegenomen welvaart ontstaan is en waaraan de nieuwe generatie ten prooi lijkt te vallen. Vooral onder jongeren wordt een leegte gevoeld: ‘wij missen een gemeenschappelijk ideaal’ […] Wij trachten deze leegte te vullen door een tamelijk negatief materialisme.’
Ergens tussen al deze gebeurtenissen moeten de jaren zestig in Nederland zijn begonnen. En anders wel een jaar later tijdens de massale hysterie die Mies Bouwman teweegbracht bij de eerste grote geldinzameling op televisie in Nederland: Open Het dorp. Er werd geld ingezameld voor een woongemeenschap voor gehandicapten, die later bij Arnhem als Het Dorp zou verrijzen. Het programma vond plaats op 26 en 27 november 1962, een volledig etmaal lang. Ik kan me nog goed herinneren dat ik ‘s avonds een luciferdoosje met geld wegbracht naar de sigarenwinkel die in onze buurt fungeerde als een van de duizenden inzamelpunten.
Daarna kwam een bonte stoet van gulle gevers op gang. Klasgenoten van mij hebben de volgende dag nog geprobeerd om in de Nieuwe Rai naar binnen te komen, maar haast niemand kwam er meer in. Er was er was een ware volksoploop ontstaan. De dag daarop overleed de voormalige koningin Wilhelmina met een perfect gevoel voor timing. Als groot contrast met de massahysterie van de dagen daarvoor zou de radio die dag alleen maar klassieke muziek uit, wat voor Jasperina de Jong later aanleiding gaf om in en cabaretliedje te verzuchten dat er wat meer belangrijke doden moesten vallen, want dan kwam er meer mooie muziek op de radio.
Minder angst om het koninklijk decorum te verstoren toonde Simon Vinkenoog, die als reactie op de Open Het Dorp hysterie nog geen twee weken later – op 9 december 1962 – de eerste happening in Nederland organiseerde onder de passende titel ‘Open het graf’. Het gebeuren bestond onder meer uit een optreden van de Arnhemse dichter Johnny van Doorn alias ‘The Selfkicker’ en Robert Jasper Grootveld, Ook de de medicijnenstudent Bart Huges gaf acte de présence. Ruim twee jaar later, op 6 januari 1965, boorde deze mede-oprichter van de Provo-beweging een gaatje in zijn hoofd om zo een ruimer bewustzijn te krijgen. Die actie werd door hemzelf uitgevoerd met elektrische Black en Dekker-boor. Bart Huges was bevriend met twee jongens bij mij in de straat: Cees Wolvers en Henk Dijkstra. Henk sloot zich kort daarop aan bij het Vreemdelingenlegioen. Van hem is nadien niets meer vernomen.
Jonge mensen sloegen los van de rol of werden soms letterlijk gek. In no time strak er een storm op in de wereld, en on te beginnen in Amsterdam, het Magisch Centrum dat in de jaren daarop talloze jongeren vanuit de hele wereld naar zich toe zou trekken, zoals Robert Jasper Grootveld al vroeg in een visioen had gezien. ‘Het was alsof er een vliegende schotel was geland’, zo zou Bob Dylan het later verwoorden. In 1962 kwam die storm definitief op gang. In de prachtige biografie Magiër van een nieuwe tijd, Het leven van Robert Jasper Grootveld (2009) doet Eric Duivenvoorde uitgebreid verslag van de happening Open het graf:
“ Robbie verkondigt de komst van iemand die in staat is alles bij elkaar te brengen, iemand die verbindt en verlost tegelijk: “In het kader van Amsterdams Magisch Centrum is Klaas aan mij verschenen. Ik ben u een knecht van hem geworden, een Zwarte Piet, en ik ga van hem getuigen, het hele jaar door, want hij is een wonder. Hij brengt stuff uit Spanje, is de goedheid zelf en ik ben dol op een babydoll.”’
Zondag 5 december (Klaas komt!) LEZING OVER DE JAREN ZESTIG zie hier
Zondag 19 december LEZING OVER DE FRIESE PERIODE VAN GERARD REVE zie hier