Unchained Melody
Deze foto werd gisteren vertoond op een groot scherm in de aula van de Nieuwe Oosterbegraafplaats tijdens de uitvaartplechtigheid van Hans, de broer van Marijke. Ik kreeg hem ooit per mail toegestuurd van Hans. Op de achtergrond is rechts tante Ada te zien, die in de Van Woustraat woonde. De figuur links in het nette pak ben ik. Hans staat op het punt om in de rondvaartboot te stappen bij Rederij Kooy aan het Rokin in Amsterdam. Het is zondag 12 september 1971. De dag daarvoor hadden de ouders van Hans en Marijke hun zilveren huwelijksfeest gevierd in Hotel-Restaurant Apollo aan de Apollolaan in Amsterdam. Op de zondagochtend daarop waren alle genodigden gevraagd om gezamenlijk de Mis bij te wonen in de kapel aan het Begijnhof
Marijke haar vader kwam daar vaak. Hij zat ook in de organisatie van de jaarlijkse Stille Omgang in de Amsterdamse binnenstad. Na afloop dronken we koffie in Hotel-Restaurant Polen aan het Rokin, dat zes jaar later – op 9 mei 1977 – volledig zou afbranden waarbij 33 doden vielen. Maar dat is een ander verhaal.
Dat weekend van 11 en 12 september 1971 kenden Marijke en ik elkaar pas drie weken. Toch was ik ook uitgenodigd voor het feest. Haar vader vond dat kennelijk geen probleem. Het was ‘serieus aan’ tussen ons, moet Marijke aan haar vader hebben gezegd. Ik was geen eendagsvlieg, en daar zou ze gelijk in krijgen. Van dit weekend zijn meerdere foto’s bewaard gebleven.
Marijke had een wollen, geweven jas aan. Die had ze gekregen van Klaas Groot. Hij was gemaakt door zijn vriendin die eerder van hem was weggelopen en de jas had achtergelaten. Klaas Groot was destijds een bekend striptekenaar en cartoonist, die onder meer werkte voor de Volkskrant. Hij woonde in de flat Gooioord in de Bijlmermeer.
Klaas speelde ook saxofoon en maakte een tijdje deel uit van de popgroep Zen, die in 1968 een nummer-één-hit heeft gehad met het nummer Hair. Het was ook de tijd dat de musical Hair furore maakte. The dawning of the age of Aquarius. Alle bandleden van Zen kwamen bij ons uit de buurt en waren vaak te zien in Café Willem aan de Middenweg. Ook traden ze wel eens op in jeugdsociëteit Omega op het Linnaeushof, waar ik Marijke heb leren kennen. Het was ook de stamkroeg van Hans destijds.
Gisteren voorafgaande aan de uitvaart heb ik nog even een pilsje gedronken in Café Willem. Eigenlijk heet het Café Nieuw-Rozenburgh. Het koffiehuis op de Nieuwe Oosterbegraafplaats heet Café Rozenburgh, genoemd naar Huize Rozenburgh dat in de achttiende eeuw op deze plaats heeft gestaan. Ik heb nog even langs het ouderlijk huis gelopen in de Pythagorasstraat. Alles staat er nog. Achter de ramen was het donker en stil. De jeugd van Hans en Marijke kwam gisteren voorbij in een stoet van beelden en muziek.
In de aula hoorde ik Unchained Melody. Ik weet niet wie het zong want het is in de afgelopen decennia door talloze zangers en zangeressen gezongen en het wordt vaak gedraaid bij begrafenissen. Sinds het overlijden van Marijke komen de tranen bij mij wat sneller dan voorheen. Dit keer was er geen houden aan.