Elle

Tombé en désuétude ces dernières mois, les années 70 signent pourtant leur grand retour sur le devant de la scène mode cette saison. Robes romantiques, vestes frangées ou pantalons pattes d’Eph… zoom sur 30 pièces qui vont nous faire remonter le temps…

Zo opent het Franse modeblad Elle van deze maand haar nieuwe nummer. Destination Seventies, zo luidt de kop van het hoofdartikel. De jaren zeventig zijn weer helemaal terug. Maar zijn ze ooit weggeweest? Door omstandigheden die hier verder niet ter zake doen ben ik de laatste dagen in de jaren zeventig beland. Ik lees boeken uit die tijd, bekijk foto’s en probeer dat ongrijpbare en efemere amalgaam van dingen en gebeurtenissen samen te vatten in die vage premisse die ook wel ‘de tijdgeest’ wordt genoemd.

Wat is dat toch, de tijdgeest? Vraag het mij en ik weet het niet, vraag me het niet en ik kan het precies aanwijzen. Het zit in alles, in de kleuren, de mode, de muziek van de jaren zeventig en vooral in de foto’s van die tijd.

Op de foto hierboven is het voorjaar 1975. Marijke zit op een bankje op het station van Diemen te wachten op de trein. Ze draagt schoenen van Jan Janssen die we samen een jaar daarvoor hadden gekocht bij het boetiekje van Jan Jansen in de Runstraat. Of was het de Huidenstraat, daar wil ik af wezen. Marijke was een fan van Jan Jansen. Ze had meerdere paren schoenen van hem. Deze droeg ze ook op onze trouwdag, op 1 maart 1974.

Schoenontwerper Jan Jansen (foto: Wikipedia)

Marijke mocht heel graag schoenen kopen. Dat zou ze haar leven lang blijven doen, ook al had ze die niet nodig. Nieuwe schoenen beurden haar op. Overal in huis zijn nog schoenen van haar te vinden. In de jaren zeventig was ze zeer modebewust. Ze las Elle, zo kan ik me herinneren. Maar ook een ander Frans blad, waarin naast patronen voor kleren die je zelf kon maken, ook allerlei tips en ideetjes stonden voor de inrichting van het huis, 100 idées, zo heette dat. Cocoonen in the seventies.

Toch was ze niet een trendvolger, eerder een trendsetter. Ze was sensitief en had een loepzuiver gevoel voor kwaliteit. Ze droeg jurken van Laura Ashley en truien van Kansai Yamamoto en Kenzo Jap. Betaalbare mode voor wie er een neus voor had. Als we in Parijs waren, zocht ze als hun winkeltjes op. Mode is een vluchtig fenomeen, maar je moet het niet onderschatten. Wie er geen gevoel voor heeft, is meestal ook behept met een blinde vlek voor andere esthetische kwaliteiten. Wie de schoonheid niet kent van het oppervlak, kent doorgaans ook niet de schoonheid van de diepte, de stralende warmte van het hart.

Nummers van Elle en 100 idees uit de jaren zeventig

Op de foto die ik van haar nam op het station van Diemen zit ze te wachten op de klik van de camera. Ze is er speciaal voor gaan zitten. De blik opzij, kijkend als een fotomodel voor een modeblad. Zo zit ze daar al 42 jaar en alles om haar heen is nog steeds hetzelfde. Ze heeft een engelengeduld, dat kun je zien. Voor haar mag dit ene moment een eeuwigheid duren… KLIK !!!… En dan, de tijd neemt zijn tijd en verwijdert zich in een rechte lijn steeds verder naar het verleden.

Elke foto 
herinnert ons onherroepelijk aan de 
vergankelijkheid van hetgeen in beeld in wordt gebracht, zo heeft Roland Barthes ooit beweerd. Een foto is niet alleen een bevroren moment, maar ook een memento mori. Het beeld is doorzeefd met afwezigheid. De foto is letterlijk de verschijning van een lichaam dat ooit daarginds was. De stralingen van dat lichaam zijn ooit vertrokken vanuit een specifiek punt in de tijd en in de ruimte, om uiteindelijk mij hier ter plaatse aan te komen raken. Hoe lang die tocht door de tijd in beslag neemt, doet er weinig toe. De foto van het verdwenen lichaam komt bij mij als de verlate stralen van een 
ster. Het is een navelstreng van licht, die mij verbindt het lichaam van wat ooit gefotografeerd werd.

Stel dat deze tekst, die ik nu schrijf, zich op een rechte lijn bevindt. Precies op het punt waar uw oog nu voortgaat van links naar rechts bevindt zich punt (t). Op dit punt (t) bevindt zich nu de tijd. Terwijl u verder leest zal dit denkbeeldig punt gaan voortbewegen, totdat de laatste zin van mijn verhaal door een laatste punt wordt afgesloten. 
Stel dat dit verglijdende punt van aandacht zich niet alleen op een lijn, maar tegelijk op een cirkel voortbeweegt. Dat kan alleen als mijn verhaal oneindig lang zou zijn. Het denkbeeldig 
punt beschrijft dan een cirkel die zo gigantisch groot is dat wij de kromming ervan niet 
kunnen zien.

In dat geval zal het verschuivende middelpunt van mijn betoog ooit terug 
kunnen keren in de tijd. Het begin dan zal na het einde liggen en het einde voor het begin. Het 
is een gedachte die misschien iets van zijn vreemdheid verliest voor wie bedenkt dat onze 
lineaire tijd-as, die zo vanzelfsprekend ons denken bepaalt, in feite een constructie is van het 
denken zelf. De gedachte dat de tijd zich op een rechte lijn beweegt is ergens in de tijd zelf ontstaan.

De tijd loopt vooruit en ik keer steeds weer terug. De tijd verwijdt zich in cirkels en ik loop steeds weer vooruit. Dit verhaal heeft geen begin en geen eind. Er zit een cirkel in mijn brein, een lus in de hardware. Bewustzijn is voortdurende afwezigheid. De woorden verwijderen zich en ik loop op het dak van de wereld. De lucht zwaait open en in mijn ogen breekt het licht in een heelal van minieme schitteringen. Ik word verblind door geluk. Ik leef! Alle kleuren trillen in een warm timbre.

De trein komt eraan. Samen stappen we in en we rijden naar het Centraal Station. Daar begint alles weer opnieuw, van voor af aan, op de tollende cirkels van de tijd…

Elle… Elle a le cœur comme un diamant…

Reageren is niet mogelijk.